Het dagblad Trouw kopte op 7 april 1959, dus bijna 60 jaar geleden: 'Noodkreet uit Brabants dorp: Historisch kerkje dreigt bouwval te worden.' En vervolgt; "Wij protestanten kunnen niet toelaten dat in deze omgeving afbreuk gedaan wordt aan de reformatorische eredienst.
De noodkreet komt uit Bergeijk, een oud kempisch dorp, ongeveer twintig kilometer van Eindhoven, aan de Belgische grens gelegen. Van de bijna 6000 inwoners van het dorp behoort 90 procent tot de Rooms Katholieke Kerk.
In schril contrast met de moderne bebouwing van het dorp [aanbouw van bungalows in de prachtige bossen, een hypermoderne wollen stoffenfabriek 'De Ploeg; staat het hervormde kerkje, dat zo bouwvallig is, dat men er zondags angstig plaats neemt. Men heeft het orgel moeten sluiten om te voorkomen dat het verder naar beneden zakt. Er is zoveel aan op te knappen dat de architecten Valstar en Tybout uit Eindhoven een restauratiebegroting hebben gemaakt van ongeveer f 25.000,-."
Kerk PKNTot aan de Napoleontische tijd hadden de protestanten in Bergeijk de beschikking over de grote kerk midden in het dorp. Die werd in 1790 aan de katholieken teruggegeven. Het gemeentebestuur zorgde voor een noodoplossing: de zeventien hervormden in het dorp mochten het leegstaande, in 1532 gebouwde Abtshuis als kerk gaan gebruiken. Aan de noodsituatie kwam een einde toen in 1809 koning Lodewijk Napoleon 6000 gulden beschikbaar stelde voor
de bouw van een eigen kerk. Koning Lodewijk Napoleon, zelf rooms katholiek, komt de eer toe er in zijn regeerperiode alles aan gedaan te hebben om de Hervormde Gemeenten hun eigen kerken, de zgn. Napoleons kerkjes, te laten bouwen. Rijks Waterstaat moest ze ontwerpen, vandaar dat ze ook wel Waterstaatkerkjes vierden genoemd.
De protestantse gemeente, die zich uitstrekte over het grondgebied van Bergeijk Riethoven, Westerhoven, Borkel, Schaft en Luyksgestel, kreeg pas na 1812 de beschikking over de nieuwe behuizing Architect was de Bergeijkenaar Pieter Willems. Hij was een duizendpoot die de scepter zwaaide over een logement, herberg, bierbrouwerij, aannemersbedrijf, timmerwinkel en boerderij 'De Keizer' (genoemd naar de keizer van Oostenrijk), gelegen aan het oude Marktveld.
De inrichting van het kerkje was sober. Van de heerlijkheid Helmond werd een uit 1626 daterende kloosterklok gekocht. Die werd later door de Duitsers geroofd- Er kwam een preekstoel, die eerder in de protestantse kerk van Waalre had gestaan. aanvankeiijk was er geen orgel. Het eerste orgel werd in 1840 geplaatst en daarna diverse malen vervangen.
In 1857 is de kerk voor het laatst gerestaureerd. Waarschijnlijk werd het gebouw bij een brand gedeeltelijk verwoest. De begrote schade bedroeg 25.000 gulden. In de voorgevel, links van de voordeur, wordt deze restauratie met een gedenksteen herdacht.
Zeker dertig predikanten hebben vanaf 1643 deze Hervormde gemeente gediend De eerste was ds. Ph. de la Mijne.
Terug nu naar het krantenartikel van 1959: ‘‘Het fraaie kerkje raakt nu wel erg in verval. Ook uit historisch oogpunt bezien, zou het jammer zijn als Bergeijk dit gebouw zou moeten missen. De kleine, ruim honderd zielen tellende gemeente is reeds jaren actief en offert trouw. Mede door collectes en bazaars is reeds een aardig bedrag bijeengekomen. Vooral de tegelverkoop heeft bijzondere belangstelling. Elisabeth Slotemake de Bruine ontwierp een wandtegel, voorstellende het Kruisdragend Lam, vrij naar een schilderij van Matthias Grünewald’’
Overal in het land vond de oproep van het comité weerklank. Zo verzorgde een aantal Christelijke Gemengde Zangverenigingen in alle hoeken van
het land concerten waarvan de opbrengst werd overgemaakt naar het actiecomité.
Volgens een krant verleende 'de bekende zanger Henry Blackmon' ook zijn medewerking. In februari 1960 werd het gerestaureerde hervormde kerkje onder grote belangstelling weer in gebruik genomen.
De door de leden van de kerk gevoerde acties hadden weerklank gevonden.
In een na de dienst gehouden bijeenkomst wees burgemeester Linders op de uitstekende verstandhouding tussen de beide gezindten in zijn gemeente. Hij zei dat het gemeentebestuur graag voldaan had aan het verzoek om in de restauratiekosten bij te dragen. Namens de Stichting Gemeenschapswerk Bergeijk bood
dokter A. Smulders (een ‘rooms katholiek’, vermeldde het verslag) met een geestige toespraak een uit 1555 daterende Statenbijbel aan. Pater overste
Thomas de Leeuw van het nabijgelegen klooster onthulde dat hij nu voor de eerste maal een protestante kerkdienst had bijgewoond.’’
De tijden veranderden. Op 9 april 1989 werden de hervormden en gereformeerden het er over eens dat zij vanaf die datum als een eenheid wilden leven en werken. Zo ontstond de Protestantse Gemeente Kempenland,
Eind 1991 kreeg het oude kerkje een nieuw gezicht met een ruimere entree. Het werd ook voorzien van een garderobe en toilet, natuurstenen vloer, kroonluchters en zeer fraaie glas-lood ramen.
In 2017 werden de binnenmuren in een lichte kleurencombinatie opnieuw geschilderd.

Jaap Bussing en Ad Tilborghs
Dit artikel uit de reeks ‘Bergeijks Monumenten’ verscheen eerder in de Eyckelbergh van 7 maart 2018.